BioBTX en Teho willen afgedankte meertouwen uit de scheepvaart in een fabriek op chemiepark Delfzijl gaan recyclen. BioBTX kan er vervolgens hoogwaardige drop-in chemicaliën mee produceren. Hieruit kunnen nieuwe, duurzame en hoogwaardige kunststoffen worden geproduceerd. Dochteronderneming Plastics Conversion Plant van BioBTX verwacht zijn eerste fabriek op commerciële schaal te realiseren in het derde kwartaal van 2024.
PCP is in 2020 opgericht om de BioBTX Integrated Cascading Catalytic Pyrolysis (ICCP)-technologie te commercialiseren. De afgedankte meertouwen worden hierbij onder hoge temperatuur – tussen de 400 en 600 graden Celsius- zonder zuurstof in een reactor verhit. De bij het pyrolyseproces vrijkomende dampen gaan naar een tweede reactor. Daar worden zij door middel van katalytische omzetting omgezet in aromaten, zoals benzeen, tolueen en xyleen. Dit zijn onmisbare bouwstenen voor de productie van verschillende soorten kunststoffen, medicijnen, wasmiddelen en andere chemicaliën
Afgedankte meertouwen
De afgedankte meertouwen komen van Teho Europe. Dit is een leverancier van synthetische meertouwen, staalkabels en afmeermateriaal. Klanten zijn voornamelijk actief in de maritieme industrie en de olie- en gasindustrie. De afgedankte meertouwen zijn volgens de betrokken partijen lastig te recyclen. Dat komt doordat ze vaak uit verschillende soorten polymeren bestaan en mogelijk zeer zorgwekkende stoffen bevatten.
Milieu-effect rapportage
Uit de milieu-effect rapportage van maart 2022 blijkt dat PCP in de eerste fase van het project een demonstratiefabriek wil bouwen met een capaciteit om 16.000 ton restmateriaalstromen om te zetten in 8.000 ton BTX. Doel is om in de tweede fase de demonstratiefabriek op te schalen naar een commerciële fabriek. Die heeft een verwerkingscapaciteit van 50.000 ton restmateriaal en een productiecapaciteit van 24.000 ton BTX per jaar.
Omgevingsvergunning nodig
Voor de realisatie van de plant is een omgevingsvergunning nodig. Voordat de provincie Groningen besluit over de fabriek worden de milieugevolgen onderzocht in een milieueffectrapport. Het milieueffectrapport moet het productieproces en de onzekerheden daarbij beschrijven. Dan wordt duidelijk hoeveel de fabriek uitstoot.
Kijk daarbij naar herkomst, samenstelling en hoeveelheid kunststofafvalstoffen, zegt de Commissie voor de milieueffectrapportage. De Commissie adviseert verder in het rapport aandacht te besteden aan zeer zorgwekkende stoffen en aan de mogelijkheden om uitstoot van deze stoffen te voorkomen of zoveel mogelijk te beperken.
Productgas als bijproduct
Bij de productie van BTX uit kunststofafvalstoffen komt productgas vrij. Dat is bruikbaar om elektriciteit op te wekken en om te voorzien in warmte voor bijvoorbeeld de processtap pyrolyse. De Commissie wil dat PCP aangeeft wat de bandbreedte in samenstelling van het productgas is, inclusief verontreinigingen. Ook wil de Commissie weten op welke wijze het productgas wordt gereinigd voordat het wordt ingezet als energiebron.