Het RIVM start volgend jaar met de coördinatie van het Safe-by-design programma. De Europese Commissie heeft het project Gov4nano, dat Safe-by-design internationaal verder gaat uitwerken goedgekeurd. Dat schrijft staatssecretaris Van Veldhoven van het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat in een brief aan de Tweede Kamer.

Van Veldhoven stelde eerder in een brief aan de Tweede Kamer dat bij de ontwikkeling van producten te weinig aan veiligheid en gezondheid wordt gedacht. Veilige materialen, producten en processen zijn volgens haar echter een voorwaarde voor een circulaire economie en een veilige leefomgeving. Materialen, producten en processen moeten daarom vanaf begin af aan veilig zijn, het zogenaamde Safe-by-design.

Vorderingen
In de nieuwe Kamerbrief schrijft de staatssecretaris dat zowel internationaal als nationaal vorderingen zijn gemaakt met het onderwerp Safe-by-design. Zo heeft de Europese Commissie het project Gov4nano, dat Safe-by-design verder gaat uitwerken, goedgekeurd. Onder coördinatie van het RIVM, en met het ministerie van IenW als één van de 30 partners, kan dit project in 2019 van start gaan. Nederland heeft daarnaast samen met stakeholders in de EU een voorstel voor een onderzoeksagenda ontwikkeld (de zgn. Safe Chemicals Innovation Agenda) gericht op ontwikkeling van producten en materialen waarin schadelijke stoffen niet langer nodig zijn. Van Veldhoven schrijft dat de Europese Commissie als antwoord op dit initiatief het onderwerp heeft opgenomen in haar voorstellen voor Horizon Europe (de opvolger van Horizon 2020), en dit nu graag wil uitwerken in concrete onderzoeksprojecten.

Duurzame veiligheid
Verder heeft Van Veldhoven de Tweede Kamer in de brief geïnformeerd over de eerste resultaten van de acties rond de beleidsaanpak milieurisico’s en omgevingsveiligheid. Daarbij gaat het over de volgende acties: programma Duurzame Veiligheid 2030, de aanpak van specifieke categorieën bedrijven zoals achterblijvende bedrijven en ‘net-niet-Brzo-bedrijven’, pilot belevingsthermometer, aanpak milieucriminaliteit. Verder beschrijft zij de voortgang in eerdere toezeggingen op het gebied van majeure risicobedrijven en gevaarlijke stoffen.

Achterblijvende bedrijven
Achterblijvende bedrijven krijgen bij recidive flink hogere bestuurlijke boetes of lasten onder dwangsom opgelegd. Ook gebruiken toezichthouders een brede instrumentenmix om overtredingen aan de kaak te stellen en te laten opheffen. Er wordt ingezet op een gezamenlijke aanpak door alle inspectiepartners en het OM, en de recent opgerichte Regionale Managementoverleggen worden leidend in de aanpak. Andere betrokken partijen zijn Brzo+, de brancheorganisatie Veiligheid Voorop en de industrie zelf.

Potentieel ZZS
Verder had de staatssecretaris toegezegd de Kamer te informeren over de ervaringen van de gemeenten met de lijst van potentiële zeer zorgwekkende stoffen (pZZS-lijst). De bevoegd gezagen hebben onderling afgesproken dat deze pZZS-stoffen in het kader van de vergunningverlening met extra voorzorg moeten worden behandeld. Voor Zeer Zorgwekkende Stoffen (ZZS) geldt een streng regime, maar dat betekent niet dat aan emissies van andere stoffen geen eisen worden gesteld. De pZZS-lijst help dan de focus te leggen op stoffen waar dat mogelijk relevant zou kunnen zijn. Inmiddels heeft de eerste actualisatie van de lijst pZZS door het RIVM plaatsgevonden, aldus Van Veldhoven